Col du Granon: steil, heet en hoog

Spread the love

Net ten oosten van het Nationaal Park des Écrins en ten noorden van de stad Briancon ligt het wintersportoord Serre Chevalier. Dit gebied staat dan ook bekend om zijn skigebieden: ook Les Deux Alpes en Alpe d’Huez liggen in deze omgeving, zij het in dat geval aan de noordzijde van de Ecrins.

De Col du Granon zal voor de meesten echter een onbekende zijn. Niet in de laatste plaats omdat dit geen Col is in de moderne zin van het woord. Een Col is immers de laagste doorgang van een berg, en daardoor doorgaans de bergpas. In moderne tijden betekent dit dat een Col normaliter over te steken is met fiets & auto.

Dit is bij de Col du Granon niet het geval. De weg eindigt bovenaan op 2413 meter op een parkeerplaats van gravel. Er is hier niets, behalve een paar stallen en een berghut. Bovenop de col du Granon is het een wandel & mountainbike paradijs. Wel een warme: de Granon is gelegen op het zuid/zuidwesten en vangt dus de hele dag zon, geholpen door het feit dat het bos bij lange na niet tot op de top reikt.

Vanaf de top heb je naar het westen een uitzicht over de Mont Pelvoux (3914m) en Barre des Écrins (4102m). Deze laatste is de meest zuidelijk gelegen vierduizender in de Alpen.

De klim naar Col du Granon

De Col du Granon is 2413m hoog en begint in Saint Chaffrey op iets minder dan 1300m hoogte. De klim is dus ruim 1100 hoogtemeters lang. De officiële beklimming in de Tour de France begint op 1378 in Chantemerle. Vanaf hier gezien is de klim 11.3km lang en gemiddeld 9.2% steil. Er zijn geen stukken waar het afvlakt.

Komende vanaf de Col du Galibier ga je op de D1091 linksaf naar de D234 en opnieuw linksaf naar de Route du Granon. In de Tour starten ze vanaf de andere kant, komende van een rotonde in Saint Chaffrey. De weg gaat ongeveer anderhalve kilometer min of meer rechtdoor. Daarna volgt een sectie met 6 haarspeldbochten in 4 kilometer.
De laatste haarspeldbocht ligt bij Les Tronchets, iets boven de 1800 meter.

Vanaf hier is het (nog) zwaarder. Niet alleen omdat het vreselijk steil is (boven de 10%), maar ook omdat de stukjes schaduw die er af en toe waren nu definitief achter je liggen. Ook de hoogte begint flink te tellen.
De weg volgt de flanken van de berg, om twee kilometer verderop weer bij twee haarspeldbochten te komen – en een stukje verderop nog één. Vanaf hier is het nog 200 meter omhoog over een kale berg, zonder beschutting tegen de zon. Hooguit een verkoelend briesje langs de flanken.

Laat een reactie achter