Sokken: een onderschat stukje uitrusting

Spread the love
Het kiezen van de juiste wandelsokken is afhankelijk van een aantal factoren, zoals de lengte, het materiaal en waar je naar toe gaat.

Hikers geven vaak veel geld uit aan de juiste uitrusting. Dure schoenen, goede rugzakken, wandelstokken en allerlei laagjes kleding. Afhankelijk van het type tocht wat je maakt komen hier nog tenten, slaapmatjes, slaapzakken, branders om mee te koken en hoofdlampen bij kijken. Maar een onderschat stukje blijven toch vaak de sokken. Hoe kies je de juiste sok en waarom is dit zo belangrijk?

In deze post gaan we in op een aantal mogelijkheden: soort, maat, materiaal, dikte en lengte.

De functie van een sok

Sokken hebben een functie. Dat is geen verrassing, anders liepen we wel met blote voeten in de schoenen. Maar wat is precies die functie?
Het zijn er meerdere. Ten eerste nemen ze vocht op van je voeten. Hierdoor komt dit niet, of minder, terecht in de zolen en voering van je schoenen. Die blijven daardoor droger en gaan minder stinken. Uiteraard is het ook eenvoudiger om van sokken te wisselen als ze nat zijn, dan meerdere paren schoenen mee te sjouwen.

Verder is het een extra laag kleding: het voorkomt koude voeten. Maar ook vormt het een extra laag tussen de voering van de schoenen en de blote huid. Hierdoor neemt de wrijving af en heb je minder kans op blaren.

De juiste soort sok: materiaal, afwerking en maatvoering

Sokken bestaan in verschillende vormen. “Normale” sokken zijn niet gevormd naar een voet en hebben dus geen verschil in links of rechts. Dit maakt dat de pasvorm doorgaans iets minder goed is. Voor dagelijks gebruik is dit doorgaans geen probleem, maar het heeft wel degelijk voordelen om sokken te hebben die wel een verschil hebben tussen links en rechts. Wandelsokken zijn anatomisch gevormd, waardoor ze beter passen rondom je voet.

Een sok die niet goed zit of “lubbert” zorgt voor extra drukpunten in je schoenen. Dit verhoogt de kans op blaarvorming. Dit hangt niet alleen af van de genoemde anatomie, maar ook de maat: sokken moeten niet té groot zijn. Maar ook zeker niet te klein. Sokken die te klein zijn beperken de bloedsomloop en trekken aan de teennagels. Het één zorgt voor koude voeten, het ander voor problemen met de teennagels.

Tenslotte het materiaal: wandelsokken zijn doorgaans gemaakt van synthetische stoffen, in verschillende banen afgewisseld met katoen en/of wol. Veel sokken zijn gemaakt van katoen. Katoen heeft een groot voordeel: het neemt heel veel vocht op. Hierdoor komt dit niet terecht in de schoenen. Maar omdat het zoveel vocht opneemt is dit meteen het nadeel. Voeten blijven nat. Door dit vocht wordt de huid weker en neemt de kans op blaren toe.

Het synthetische deel van de sokken neemt minder vocht op dan het wollen (of katoen) gedeelte. Door hier in het ontwerp rekening mee te houden creëer je een zgn. capillaire werking. Het vocht wordt als het ware naar boven gezogen, waar het kan verdampen. Hierdoor is de totale hoeveelheid “vochtverwerking” groter.

Een ander belangrijk verschil is de naadafwerking: wandelsokken hebben geen naad over de tenen. Dit voorkomt drukplekken op die plaatsen, waardoor er een kleinere kans op blaarvorming is.

Dikte van de sok

Een belangrijk aspect van sokken is de dikte van het materiaal. Dit is een afweging tussen (lage) temperatuur en zweet. Een dikke sok is warmer dan een dunne sok. Maar bij hoge temperaturen zal dit aanleiding geven tot (excessief) zweten. Dit zweet wordt in belangrijke mate opgenomen door de sokken zelf en kunnen de voeten nat houden, wat weer leidt tot een zachtere huid en een grotere kans op blaarvorming of andere irritaties.

Anderzijds is een te dunne sok ook niet prettig als het koud is. Bovendien heeft de dikte van de sok ook een invloed op de pasvorm van je schoenen. Draag bij het uitzoeken van je schoenen de sokken die je verwacht te gaan dragen tijdens je tocht. Dat maakt het eenvoudiger om de juiste maat uit te zoeken. Als je met dikke sokken past zal het dragen van een dunnere sok kunnen leiden tot meer wrijving: de schoen is effectief te groot. En vice versa.

Lengte van de sok

Er zijn 2 traditionele vormen van sokken: enkelsokken en hogere sokken die tot op de kuiten komen. In de laatste jaren is het ook gangbaar geworden om sokken te dragen die tot bijna aan de knieën komen: sportcompressiesokken. Dit laatste is vooral een kwestie van gevoel.

Enkelsokken zijn op zich prima om te dragen mits je lage schoenen draagt. De sokken komen dan nog steeds boven de schoen uit, waardoor de capillaire werking blijft bestaan. Enkelsokken in hoge schoenen zijn minder functioneel: het vocht wordt dan opgenomen door de schoen zelf, waardoor je voeten natter worden.

Hogere sokken zijn doorgaans de beste match voor schoenen met een hogere schacht.

Laat een reactie achter