Het is één van mijn favoriete seizoenen om in de bossen te verkeren: de herfst. De vogels zijn actief, evenals de eekhoorns en ‘s avonds zelfs nog de vleermuizen. Het daglicht zorgt in combinatie met de vochtigere lucht voor een andere kleurbeleving. De kleuren zijn zachter, gemoedelijker. Het felle groen van de bladeren heeft plaats gemaakt voor een doffere kleur groen op de eiken. Geel bij de berken, en bruin tot rood op de Amerikaanse eiken.
Een enkele boom is al volledig kaal, maar het warme en zonnige herfstweer in Nederland hebben veel bomen in staat gesteld om het bladerdek nog vast te houden. Maar het warme weer zorgt ook voor de prachtige bloei van de opruimers van de natuur: de schimmels. Bij de meeste mensen bekend als “paddenstoelen”.
De paddenstoelen die je ziet zijn eigenlijk de bloeivormen van de al langer levende schimmels. De schimmels in de bodem zijn talrijk en uitgespreid, en vormen enorme netwerken die informatie en voedsel uitwisselen met de planten en bomen rondom hen heen. Symbiose heet dit, met een mooi woord.
Zoals de boswachter mij recentelijk uitlegde: zonder de schimmels in de bodem lag het blad hier zó hoog (zijn hand op heuphoogte houdende). En vervolgens wees hij mij (en de andere aanwezigen) op de vele tientallen soorten paddestoelen die mijn lokale bos (Groesbeek) rijk is.
Niet alles is even fotogeniek, maar met de telefoon heb ik toch een aantal herfstplaatjes kunnen schieten. Voor u zelf zeg ik: geniet van de herfst. Met regen of zonneschijn, sneeuw of mist: charme is er altijd. Slecht weer bestaat niet!



